Het is mooi geweest

Wie ons de afgelopen drie weken gevolgd heeft weet dat deze reis een intense belevenis was. Het is dan ook niet voor niets dat La Réunion, “L’île intense” wordt genoemd. De adembenemende natuur, de (zware) wandelingen, de verschillende microklimaten, de vriendelijkheid van de mensen, hun geschiedenis en cultuur, de avontuurlijke activiteiten, …

Al deze elementen hebben bijgedragen tot een geslaagde vakantie. Eentje die nog lang in ons geheugen gegrift zal staan.

Wie had er bijvoorbeeld ooit gedacht dat ik aan een parapente ging hangen?

Of dat Yves zoveel kilometers ging stappen?

Ik moet toegeven, ook voor mij waren die wandelingen heel zwaar. En ja, er ligt veel aan onze belabberde conditie maar zelf de locals vertelden ons dat wandelen in La Réunion zwaar is. Niets is er vlak maar alles is zo mooi dat je uiteindelijk vergeet hoe erg je hebt afgezien.

De voorlaatste dag

Voor onze laatste dagen op het eiland had ik een iets rustiger programma voorzien. Naast onze twee luchtavonturen reden we nog naar het uitzichtpunt op Le Piton Maïdo, op 2.203 m, vanwaar je een adembenemend zicht hebt op de Cirque de Mafate. Je weet wel, daar waar je enkel te voet geraakt en waar de inwoners bevoorraad worden door helikopters.

Eens terug aan de kust stopten we nog bij La Pointe au Sel in Saint-Leu waar je naast de zoutpannen ook zicht hebt op Bassin Caverne.

De laatste dag

Op onze allerlaatste dag brachten we nog een bezoek aan Le Jardin d’Eden in Saint-Gilles-les-Bains.

Daar hadden we het geluk om een “Panterkameleon” te kruisen. In La Réunion draagt dat beestje de naam “L’endormi” omwille van zijn extreme traagheid . Hij is afkomstig uit Madagaskar en werd bewust uitgezet in La Réunion. Sinds 1989 behoort hij tot de beschermde diersoorten. Hij is moeilijk te spotten omdat hij zich aanpast aan de kleur waar hij zich bevindt. Gelukkig heeft Yves goede ogen.

Na ons bezoek aan de tuin stopten we nog aan het strand en de haven van Saint-Gilles-les-Bains, bij Cap Lahoussaye en in Saint-Paul.

In 1648 werd Saint-Paul bewoond door 12 bannelingen die werden verbannen uit Madagaskar wegens muiterij. Zij overleefden er wonderwel en werden een jaar later teruggeroepen naar Madagaskar. In 1663 vestigden de eerste kolonisten (twee Fransen uit Madagaskar) zich er met een tiental Malagassische slaven. Saint-Paul werd de hoofdstad van wat toen nog L’Ile Bourbon heette en was het startpunt van de kolonisatie van het eiland.

Na onze doortocht in Saint-Paul zat onze vakantie er echt op. Onderweg naar de luchthaven hadden we nog zicht op het indrukwekkende viaduct dat overzee werd aangelegd en momenteel nog maar in één richting is geopend. Dit viaduct werd aangelegd omdat de bestaande baan naast de rotswand veel te gevaarlijk is. Zo is het risico op vallende rotsen heel groot bij hevige regenval waardoor de baan vaak moest worden afgesloten of het verkeer over twee rijvakken moest gaan i.p.v. vier. Nu gaat het verkeer richting hoofdstad over de twee rijvakken langs de kust en zijn de twee rijvakken langs de rotswand, op een klein deel na, afgesloten. Het verkeer richting Saint-Paul gaat over het nieuwe viaduct.

Hopelijk hebben jullie net als wij wat genoten van onze verhalen, foto’s en avonturen. Waar de volgende reis naartoe gaat weten we nog niet maar er circuleren alvast heel wat zotte ideeën door ons hoofd.

Tot later!